Gezinsouder Marcia van Loon-Vermeulen wilde, na vele jaren ervaring in de zorg, haar huidige niveau ontdekken via een EVC-onderzoek. Wanneer je al wat langer meedraait op de arbeidsmarkt en je bent doorgegroeid in je werk, zegt je oorspronkelijke diplomaniveau vaak weinig. Zelfs tot haar eigen verrassing kwam SKJ-registratie binnen handbereik.
Marcia van Loon is samen met haar echtgenoot Ricardo gezinsouder bij gezinshuis Het Baken in Gennep. Op professionele wijze bieden zij jongeren, die om uiteenlopende redenen niet meer thuis kunnen wonen, verzorging, begeleiding en opvoeding. “Wij kunnen maximaal zes kinderen tussen de 4 en 21 jaar onderdak bieden,” vertelt Marcia. “Momenteel wonen er vijf kinderen bij ons. Zij hebben een dusdanige problematiek, dat opvang in een gewoon pleeggezin niet haalbaar is. Bijna allemaal hebben ze een verstandelijke beperking met een bijkomende stoornis. Veel van hen hebben een hechtingsstoornis, sommigen hebben autisme of het Syndroom van Down. Daarnaast is hun thuissituatie complex.”
Normaal gezinsleven
“In 2005 zijn we begonnen met kortdurende crisis- en pleegzorg. Vervolgens zijn we in 2011 gestart met gezinshuis Het Baken,” vertelt Marcia. “Wij proberen de kinderen een normaal gezinsleven te bieden. Ze wonen bij ons in huis, bij ons eigen gezin.” Marcia en Ricardo hebben zelf twee oudere kinderen. De kleinschaligheid van een gezinshuis maakt een individuele benadering mogelijk, vertelt ze. “We werken heel erg op maat.” Als gezinshouder moet je dan ook beschikken over een flinke dosis ervaring en de nodige competenties. “Het is een manier van leven,” aldus Marcia, die als gezinsouder 24/7 aanwezig is. “Je neemt niet alleen het kind op in je gezin, maar ook de – vaak complexe – familie die bij dat kind hoort.”
Achtergrond in de zorg
Marcia kan daarbij terugvallen op haar jarenlange ervaring in de zorg. “Na de havo heb ik een opleiding tot verpleegkundige gedaan en daarna heb ik in verschillende takken van de gezondheidszorg gewerkt, zowel in de psychiatrie, de verstandelijke gehandicaptenzorg als in het ziekenhuis. In de loop der jaren heb ik verschillende hbo-modules gevolgd die aansloten op het werkveld.”
Solistisch werk
Als gezinsouder werk je vooral zelfstandig, zegt Marcia. “Je hebt geen collega’s om op terug te vallen. In het ziekenhuis ga je naar een collega of arts om te overleggen, hier ben je 24 uur per dag solistisch aan het werk. Er is wel een gedragsdeskundige die regelmatig bij ons komt kijken of we het juiste beleid hebben uitgezet en of de doelen worden behaald, maar in de dagelijkse praktijk werk je vooral zelfstandig. Daarom was ik heel benieuwd waar ik stond, met alle ervaring die ik in de loop der jaren heb opgebouwd. Bovendien wilde ik me graag laten registreren bij het Stichting Kwaliteitsregister Jeugd (SKJ). Als gezinsouder is dat nu nog niet verplicht, maar ik wil graag alles in orde hebben voor het geval die verplichting er wel komt. Zo ben ik bij Vigor terechtgekomen.”
Weekend opgesloten
De eerste kennismaking met begeleider Ton de Baaij voelde al meteen goed, vertelt Marcia. “Hij kwam bij mij langs voor de intake en dat was een uitgebreid gesprek. Het ging niet alleen over het werk, maar ook over wie ik ben als persoon. Daarna moest ik allerlei bewijsstukken verzamelen, zoals certificaten, diploma’s en gespreksverslagen. Ik heb mezelf een heel weekend opgesloten om me daarop te focussen. Het was een hele klus.”
Ontspannen en prettig
Nadat haar dossier compleet was, volgde een gesprek met twee assessoren. “Zij spraken zowel met mij als met de gedragsdeskundige die ons begeleidt. Eerlijk gezegd zag ik van tevoren best tegen het gesprek op, maar het viel ontzettend mee. De sfeer was heel ontspannen en prettig,” blikt Maria terug. Vervolgens was het wachten op de uitkomst. Ze herinnert zich nog goed het verlossende telefoontje van Ton, die haar meedeelde dat alle competenties erkend waren. “Daar was ik natuurlijk super blij mee!”
Objectieve blik
Over de vraag wat het EVC-traject haar vooral heeft gebracht, hoeft Marcia niet lang na te denken. “Een stukje meer waardering voor mezelf,” is haar antwoord. “In het ziekenhuis had je een keer per jaar een functioneringsgesprek waarin je te horen kreeg wat goed ging en wat beter kon. Daarnaast hadden we weleens aan het eind van de dag een evaluatiemoment met collega’s. Dat soort gesprekken heb je niet als gezinshouder. Terwijl er hier natuurlijk ook weleens incidenten zijn, waarbij we soms ook te maken hebben met boze ouders. Dan probeer je het altijd met elkaar op te lossen. Dat doen we uiteraard met een professioneel kader en daar toetsen we elkaar ook op, maar dat is het dan ook. Dankzij EVC heb ik inzicht gekregen in de manier waarop ik dat doe. Inzichten die je denk ik moeilijk aan jezelf kan toekennen, als er niet met een objectieve blik naar gekeken wordt.”
Persoonlijke aanpak
Ze besluit: “Ik kijk dan ook heel positief terug op het traject. Het meest bijzondere vond ik de persoonlijke aanpak en het warme karakter van de mensen van Vigor. Daardoor durfde ik me open te stellen en heb ik dingen kunnen vertellen die ik anders waarschijnlijk niet had durven zeggen.”
Wil je meer weten? Neem dan contact met ons op.