Voor organisaties in transitie kan het EVC uitkomst bieden. De 42-jarige Marc Baas, werkzaam als integrated activity planner bij de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), weet dit als geen ander. Eind 2019 volgde hij een EVC-traject omdat hij graag een beeld wilde krijgen van de competenties die hij in de loop der jaren heeft verworven. Hij is gekwalificeerd op hbo-niveau (technische bedrijfskunde). Het verkregen EVC is voor hem van groot belang voor toekomstige vervolgstappen in zijn carrière.

Na het afronden van de mts (richting telematica) wist Marc eigenlijk al dat hij bij Defensie wilde werken. Hij maakte nog een uitstapje naar de lerarenopleiding maar ontdekte al snel dat het lesgeven niets voor hem was. Gemotiveerd startte hij vervolgens alsnog op de Koninklijke Militaire Academie (KMA). “Daar bleek ik echter niet op mijn plek”, vertelt Marc. “Ik ben echt een doener, iemand die bij voorkeur in de praktijk leert. Wat dat betreft heb ik een Pippi Langkous mentaliteit: ‘ik heb het nog nooit gedaan maar ik denk dat ik het wel kan’. Via een commandant kwam ik op de Koninklijke Militaire School (KMS) terecht, waarna ik al snel mijn draai vond. Ik ging aan de slag als groepscommandant. Dat was helemaal mijn ding, samen met een team een opdracht voltooien.” Toen er jaren later echter sprake was van uitzending naar Afghanistan, moest Marc een moeilijke beslissing nemen. “Dat kon ik mijn gezin niet aandoen, dus dat was het moment om iets anders te gaan doen.”

Vakbekwaamheidsbewijs biedt zekerheid

In 2009 stapte hij dan ook over naar de NAM. Hij begon als operator, maar groeide door tot achtereenvolgens senior operator en onderhoud supervisor. “Toen kreeg ik de aanbieding om in januari 2020 als assistent supervisor te gaan werken bij Shell in Albanië. Het was echter onzeker hoe lang ik daar kon blijven omdat we van tevoren niet wisten of we hier daadwerkelijk olie zouden aantreffen. Ik wilde op een of andere manier iets achter de hand hebben waar ik op terug kon vallen, mocht dat nodig zijn. Het is ondoenlijk om naast een drukke baan en een gezin nog een hbo-opleiding te gaan volgen, vandaar mijn keuze voor een EVC-traject. Ik heb de nodige kennis en ervaring opgedaan de afgelopen jaren, maar ik kon niet aantonen wat ik allemaal kon. Met een Vakbekwaamheidsbewijs Arbeidsmarktroute op zak kan ik dat wel. In november 2019 had ik een gesprek met twee assessoren, begin januari 2020 had ik het certificaat in handen. Daarna vertrok ik naar Albanië. Het is allemaal in rap tempo verlopen.”

Meer waarde dan een diploma

Het lot besliste dat de functie van Marc als gevolg van de coronacrisis als overtollig werd bestempeld waardoor hij onverwacht wederom op zoek moest naar een andere baan. “Dankzij mijn oude leidinggevende kon ik terugkomen bij de NAM, sinds oktober 2020 ben ik hier integrated activity planner, in die hoedanigheid verzorg ik de integrale planning van al onze gaslocaties in Drenthe. Ik ben blij dat ik nu over een vakbekwaamheidsbewijs beschik. Ik ben relatief bescheiden van aard, het voelt als een opsteker dat anderen mij deze beoordeling hebben gegeven, in die zin heeft het mijn zelfvertrouwen een boost gegeven. Voor mij persoonlijk heeft het zelfs meer waarde dan een diploma, omdat het EVC niet alleen iets zegt over je vakbekwaamheid maar ook over je beroepsoverstijgende competenties waarmee je duurzame inzetbaarheid in kaart is gebracht.”

Een sector in transitie

“In mijn verdere loopbaan zal het EVC zeker nog van pas komen. De hele olie- en gasindustrie bevindt zich in een transitiefase, aangezien steeds meer gebruik wordt gemaakt van duurzame energiebronnen. Het is dan ook onzeker wat de toekomst voor de NAM gaat brengen. Mede om die reden zet men binnen het bedrijf in op duurzame inzetbaarheid van medewerkers. Naast allerlei andere regelingen heeft ook het EVC een plek in het personeelsbeleid. Ik ken mensen die al vele jaren rondlopen bij de NAM, het EVC zou ook hen verder op weg kunnen helpen. Zelf heb ik het bij de NAM nog prima naar mijn zin. We zijn druk bezig om een nieuwe organisatie neer te zetten, we zijn de afgelopen vier jaar gekrompen van 2.400 naar 1.000 medewerkers. We weten allemaal dat het anders moet, het is mooi om die transitie van dichtbij mee te mogen maken. Hoe dan ook, het wordt ongetwijfeld een interessante tijd!”