De 35-jarige Debbie van Gemert woont samen met haar vriend en twee kinderen (7 en 5 jaar) in Veldhoven. Ze wist nooit precies wat ze wilde worden dus na de mavo volgde ze een mbo-opleiding Toerisme & Recreatie. Daar kon ze nog alle kanten mee op. Na veel switchen van baan, belandde ze uiteindelijk in een uitkeringssituatie. Inmiddels was wel duidelijk dat haar hart lag bij werken met kinderen dus omscholing was gewenst. Ze kreeg de kans om aan de slag te gaan bij een kinderdagverblijf. Tegelijkertijd begon ze – ondersteund door het UWV – aan een EVC-traject. Dit rondde ze met succes af, waarmee ze nu volledig is erkend als professioneel pedagogisch medewerker niveau 4. “Hier houdt het wat mij betreft niet op”, aldus Debbie.
“Ik heb in de loop der tijd echt van alles gedaan. Ik heb bijvoorbeeld bij een hotel gewerkt maar ook bij een facilitair dienstverlener, AAFM. Acht jaar lang heb ik daarnaast dans- en musicalles gegeven bij een grote dansschool. Op een gegeven moment ging ik daar ook op kantoor aan de slag, ik regelde alles – van decor tot kostuums – voor de shows. Dat was ideaal want dat kon ik goed combineren met het lesgeven.” Het musicalgebeuren hield echter op toen de musicallerares wegging. “Er was geen ander werk meer voor mij, dus toen mijn contract afliep, kwam ik thuis te zitten. Dat kwam eigenlijk niet zo slecht uit want mijn dochter was destijds drie jaar, dus het was fijn dat ik er voor haar kon zijn. Bovendien kreeg ik zo tijd om voor mezelf uit te zoeken wat ik precies wilde gaan doen.”
De kans
Mede dankzij een omscholingscursus van het UWV kwam ze al snel op het spoor van werken met kinderen, specifiek de kinderopvang. Het lot bepaalde dat Debbie in het voorjaar van 2019 via een vriendin werd gevraagd om aan de slag te gaan bij het kinderdagverblijf waar haar kinderen op hadden gezeten. “Ze kenden mij en ze hadden het idee dat ik goed paste in hun team. Tien jaar geleden had ik er ooit al eens gesolliciteerd maar dat liep op niets uit omdat ik niet beschikte over het juiste diploma. Ik ben me gaan verdiepen in de mogelijkheden om het diploma alsnog te halen. Het volgen van een tweejarige mbo-opleiding zag ik niet zitten, maar het UWV bracht me op het spoor van een EVC-traject. Daar was ik meteen enthousiast over. Omdat ik al de nodige ervaring had met kinderen zou ik in relatief korte tijd de benodigde erkenning kunnen behalen.”
Win-win situatie
Debbie ging met het UWV in gesprek om te kijken hoe ze deze unieke kans kon verzilveren. Uiteindelijk ging het UWV er mee akkoord om het EVC-traject bij Vigor te betalen. Gedurende de eerste drie maanden dat ze bij het kinderdagverblijf stage liep, behield ze bovendien haar uitkering. “Op voorwaarde dat het kinderdagverblijf garandeerde dat zij me daarna in dienst zouden nemen voor minimaal 20 uur per week. Voor het UWV was het fijn dat ik uit de uitkeringssituatie kwam en omdat ik werk ging doen dat ik echt leuk vind, was de kans minimaal dat ik terug zou vallen in een uitkering. Een win-win situatie dus.”
In twee stappen
In september 2019 begon Debbie aan het EVC-traject. “Ik kreeg bij Vigor een persoonlijk begeleider aangewezen, dat vond ik heel prettig. De eerste keer kwam zij al bij mij thuis om allerlei paperassen te verzamelen, waaronder certificaten en diploma’s. Ik kon sowieso al mijn vragen bij hen kwijt. Na drie maanden volgde een vier uur durend gesprek met twee assessoren. Zij schatten in dat ik op dat moment de erkenning zou kunnen krijgen voor pedagogisch medewerker niveau 3. Dat was een beetje een teleurstelling want ik had mijn zinnen gezet op niveau 4. Volgens de assessoren kon ik dat echter alsnog halen als ik nog een extra jaar ervaring zou opdoen. In december 2020 ben ik een aanvullend EVC-traject gestart en heb ik een tweede gesprek gehad met de assessoren.” Die zagen meteen hoe Debbie, die inmiddels een eigen groep toegewezen had gekregen, gegroeid was. De erkenning als pedagogisch medewerker niveau 4 was nu dan ook geen probleem.
Alle opties open
“Het ervaringscertificaat wil ik nu nog om laten zetten in een officieel diploma. Eigenlijk hoeft dat niet maar gevoelsmatig vind ik het fijner om dat wel te doen, met het oog op de toekomst. Ik wil graag alle opties open houden.” In april volgen dan ook nog mondelinge en schriftelijke toetsen in Nederland, Engels en rekenen. “Nog even door bikkelen en dan heb ik mijn doel bereikt.” Bij het kinderdagverblijf zit ze helemaal op haar plek. “Ik ga iedere dag met plezier naar mijn werk. Het is heerlijk om met de kinderen bezig te zijn. Het is best aanpoten maar dat vind ik niet erg, ik houd sowieso niet van stil zitten. En je krijgt er ontzettend veel voor terug!”